
De gitaar als ultieme verbinder. Dat is zo’n beetje de achterliggende gedachte van het festival waarvan we afgelopen maand de eerste editie hebben mogen beleven. Die festivalfilosofie klopt, kan ik concluderen na alles wat ik gezien en gehoord heb. En na alle ontmoetingen en ontdekkingen waarvan ik heb genoten.
Wat me vooral aanspreekt, is dat Bridge een podium biedt voor alle soorten gitaarmuziek. Die insteek opent deuren die mijn Spotify-algoritme nog niet voor me ontwaarde. Hoeveel ik ook van het instrument houd, blijft de manier waarop klassieke gitaristen het instrument verkennen voor mij bijvoorbeeld nog redelijk onontgonnen gebied.
De Fransman Thibaut Garcia sloeg die brug voor mij wel. Op een genadeloze manier. Zijn concert in de kapel van DomusDELA was magisch. Ik zal niet al te technisch worden: maar de vingerzettingen die ik zag, kon ik niet geloven. Maar da’s eigenlijk irrelevant. Wat er wel toe deed, was de intensiteit en het gevoel dat de charismatische Fransman in zijn spel legde. Adembenemend, in één woord. En passant sloeg Garcia voor mij ook een brug naar gitaarcomponist Agustín Barrios, waarvan hij een paar stukken speelde. Weer een hele wereld die voor me openging.
En zo ging het min of meer vijf dagen lang. Of dat nu was tijdens de gitaarbeurs in het Muziekgebouw, waar ik met Jan en alleman heb staan praten, of tijdens de concerten door de hele stad. Van de hommage in de Effenaar van ‘guitar heroes’ Leendert Haaksma, Vedran Mircetic en Menno Gootjes aan de eerder dit jaar overleden Jeff Beck, tot het spel van de briljante vrije denker Reinier Baas de dag erna in het Muziekgebouw, de heerlijke wringende optredens van Dans Dans en Ghost Woman in Lab-1, de zwetende bluesrock van Eric Steckel, het kolkende feestje bij Dawn Brothers, de genadeloze Leif de Leeuw op het al langzaam in rook ondergedompelde Wilhelminaplein. En, o ja, de koning van het festival Steve Vai himself liet magistraal zien hoe je een brug slaat tussen een krijsende rockgitaar en een vijftigkoppig orkest.
Over bruggen gesproken (een bruggetje naar een brug): soms zijn ze wonderbaarlijk snel over te steken. Tijdens de talkshow Guitar Inside verwelkomden Eefke Boelhouwers en ik vier dagen lang telkens twee gasten. Gitaristen die elkaars muziek meestal helemaal niet kenden, laat staan dat ze elkaar eerder hadden ontmoet. Vaak waren het namelijk muzikanten uit compleet verschillende windrichtingen. Iedere keer gebeurde er iets betoverends: de gasten maakten kennis, babbelden wat over hun instrument wat de basis bleek voor wederzijds respect en niet te onderdrukken manier van verbinden: samen muziek maken.
Ik zat erbij en keek ernaar. En genoot. De klassiek geschoolde Robin Scherpen jammend met gypsy-grootheid Paulus Schäfer. Slide-koningin Erja Lyytinen energiek improviserend met clawhammer-meesteres Gwenifer Raymond. De frivole match tussen jazzgitarist Michiel Stekelenburg en Voltage-gitarist Ruard Sanders. En de al eerdergenoemde magistrale Reinier Baas vrijuit spelend met Dawn Brothers-frontman Bas van Holt. Ongelofelijk om te zien hoe de gitaar zo snel twee mensen op een heel bijzondere manier kan verbinden. Waar ik mee begon, eindig ik ook mee: de gitaar verbindt. Daar is de eerste editie van Bridge een sluitend bewijs van.